Defensiebeleid
Naast alle economische factoren die op elkaar inwerken is er ook het
defensiebeleid van de EU. Tot dusverre wordt dat gekenmerkt door onderlinge
verdeeldheid ten aanzien van de inzet van troepen bij brandhaarden in de wereld.
Hoewel het belang van een Europese krijgsmacht groot is blijkt in de praktijk
dat regeringen geen eenduidig beleid voeren mbt dit onderwerp. De verdeeldheid
leidt tot onmacht en de inzet voor conflicten in de wereld wordt bepaald door de
prioriteit van de individuele regeringen met alle gevoeligheden van dien.
Nederland heeft met betrekking tot deelname in de wereld voornamelijk de keus
gemaakt te laveren tussen de veiligheidsraad en de wensen van Amerika, steun te
verlenen bij operationele acties in de wereld. De Europese defensiepolitiek
kenmerkt zich door een onderlinge verdeeldheid, een kleuterklas waardig.
Dat gebeurt in hoofdzaak door het diplomatieke touwtrekken tussen
coalitiepartners, met besluiteloosheid als gevolg. Europese regeringen hebben
verschillende ideeën over dreigingen in de wereld en interpreteren deze
afzonderlijk. Men is het wel eens om een Europese strijdmacht te vormen, maar in
de praktijk gebeurt dat maar sporadisch. Dat heeft ook te maken met het
potentieel aan ontwikkelen van defensie- producten zoals, tanks,
gevechtshelikopters, gevechtsvliegtuigen, marineschepen en ga zo maar door.
Ieder land ontwikkeld zijn eigen systemen voor land, lucht en zeemacht waardoor
bv Engelse onderdelen niet passen op andere Europese gevechtssystemen enz.
Kenmerk is ook de taalbarrière tussen de Europese partners onderling. Ook op
defensiebeleid heeft Europa nog een lange weg te gaan. In die zin hebben ze
niets van het verleden geleerd zoals de verdeeldheid vlak voor de tweede
wereldoorlog toen men dacht dat alles met onderhandelen opgelost kon worden.
Europese leiders denken nog steeds dat alles met onderhandelen opgelost kan
worden. Vandaar dat de NAVO een traag en log orgaan is, en eigenlijk niet
wezenlijk bijdraagt aan het oplossen van conflicten in de wereld. Onder het
motto van, wij komen alleen als het veilig is. Zodra er geschoten wordt, zijn we
weg. Vooral Nederlandse militairen hebben hierin een laffe houding getoond ten
aanzien van moslims in Screbrenica, door deze niet te beschermen met hun eigen
leven. Gevolg daarvan was dat 1700 moslim mannen zijn vermoord door Serviërs, in
koelen bloede. Geen indrukwekkende vertoning. Geen Europees leger dus. Het enige
voordeel wat ik zie is dat, in tegenstelling tot de vorige eeuw, er nu geen kans
is dat men elkaar aanvalt, en er dus relatieve rust is in de onderlinge
verhoudingen. Duitsland en Frankrijk, met twee oorlogen, weet u wel. Het
geneuzel in Nederland over het uitzenden van militairen naar risicogebieden is
ook een beschamende vertoning. Nederland heeft immers ingezet op een robuuste
strijdmacht, denk maar aan de zwaar bewapende Apache helikopters, de joint
strike fighters die we gaan aanschaffen, de marine, die kruisrakketen wil
aanschaffen, Nachtzichtapparatuur etc. alles om robuust op te kunnen treden.
Maar wat doet Nederland, dat zet in op vreedzame missies. Als deze situatie zich
in Nederland voordoet hoe ter wereld wil je dan een Europees leger opzetten met
onze andere partners. Komt er niet, nooit.